Weg met de Kafkaiaanse staatsinrichting

Het volk begint meer en meer te grommen. De roep om minder politici klinkt hard. Veel mensen geloven dat er beter bestuur komt met minder politici, dat er beter bestuurd zou worden met minder regeringen, sommigen geloven zelfs dat een unitaire staat de oplossing zal bieden. En dan zijn er mensen die denken dat confederalisme de oplossing zal zijn voor een maatschappij die heel erg verdeeld (het grootste probleem) is.

“Vind je het gek dat mensen de politiek niet meer serieus nemen, als de​
politiek ‘de mensen’ niet meer serieus neemt!”
Youp van ’t Hek, Nederlands cabaretier en columnist 1954-

Terug naar een werkbare politieke organisatie.

Alles terug federaal zal niet werken maar ook confederalisme niet, want zowel Vlaanderen als Wallonië hebben Brussel nodig en dat zal in geen van beide manieren opgelost worden. Gooi de kreten herfederaliseren en  confederalisme overboord en zoek naar een werkbare democratische oplossing. Gooi de Gewesten en Gemeenschappen en hun parlementen bij het restvuil, vooral niet recycleren. Gooi alle blokkering-systemen buiten. Kies voor een democratie die dichter bij de burger staat. Het nieuwe België moet een inspiratiebron en een voorbeeld worden voor Europa (EU ook ziek in zijn beslissingsstructuren en veel te veel macht aan niet verkozenen).

We kunnen wel iets leren van de Zwitsers. Zij zijn er tenminste in geslaagd om niet continue in politieke tegenstellingen te leven en hun schuldenlast is in ieder geval veel lager dan de onze. Zwitserland is gestart als een confederatie maar is later overgeschakeld naar een federatie van 26 kantons met een zeer kleine federale regering. En met een bevolking die door middel van referenda regelmatig mee aan de knoppen zit.

Meer democratie door herschikken van beleidsbevoegdheden 

De democratie moet hersteld worden: De bevolking moet meer betrokken worden door referenda: referenda kunnen een goede manier zijn om mensen te betrekken bij het beleid. Burgers zullen hierdoor verplicht worden om deel te nemen aan het beleid. De Brexit is het belangrijkste argument tegen referenda. Daarom stel ik voor dat er niet gekozen wordt voor een eenvoudige meerderheid maar voor een gulden meerderheid (gulden zoals in de gulden snede, wat ongeveer 61,8 % is). Daarmee vermijden we dat de ene helft van bevolking zich afzet tegen de andere helft van de bevolking. Uiteraard zullen er weinig positieve resultaten zijn, maar dat is niet het probleem want de mensen werden tenminste om hun mening gevraagd (en dat ontbreekt in de politiek op dit moment wel heel erg). En bij een positief resultaat zal men kunnen spreken van een breed draagvlak

Er moet een duidelijke verdeling van de bevoegdheden over de verschillende niveaus komen zonder tussenkomst van een hoger niveau in beslissingen. Belangrijk bij de verdeling van de bevoegdheden over de verschillende niveaus is het subsidiariteitsbeginsel. Dat houdt in dat hogere instanties niet iets moeten doen wat door lagere instanties kan worden afgehandeld. Hiervan uitgaand is het belangrijk om zoveel mogelijk bevoegdheden te brengen naar lagere niveaus.

De nieuwe structuur

Gemeente

Het laagste verkozen niveau is de gemeente waar alle lokale problemen worden aangepakt. Gemeenten moeten terug gedefusioneerd worden, want ze moeten zo dicht mogelijk bij de burger te staan. Legitimiteit is hier belangrijker dan efficiëntie. Superstructuren zoals in Antwerpen moeten vermijden worden: een structuur met districten (= vroegere gemeenten) met eigen bevoegdheden en met daarboven nog een niveau met andere bevoegdheden maakt het echt niet doorzichtiger voor de burger. Taken die niet lokaal kunnen opgelost worden moeten ondergebracht worden bij de provincie.

Einde van regionale parlementen, leve de provinciale parlementen.

Kies voor een federatie van provincies, waar alle macht bij de provincies ligt (alle macht is slechts beperkt aangezien de EU het merendeel van onze wetten bepaald). Bepaal samen wat er nog federaal moet gebeuren, wat in feite is wat men later naar de Europese Federatie van regio’s (niet landen) zou laten gaan; binnenlandse en buitenlandse zaken, financiën (afbouw staatsschuld en budgetcontrole want geen overschrijdingen meer), justitie, defensie, milieu en energie, economische zaken, sociale zekerheid. Alle andere taken gaan naar de provincies, waar over alle andere aangelegenheden beslist wordt. Dit houdt ook een decentralisatie in van alle ministeries. 

Provincies

Herschikking van de provincies is nodig. Vlaams en Waals Brabant worden opgeslorpt door andere provincies en Brussel plus nog enkele correcties door de stadsgewesten of kantons. Daardoor ontstaan er 9 provincies: 4 Vlaamse, 4 Waalse en tweetalig Brussel. 

Er moet een systeem van solidariteit tussen de provincies uitgewerkt worden. Jaarlijks wordt er overeengekomen welk bedrag door welke provincie wordt gegeven en door welke gekregen en dit volgens een vaste overeengekomen regel. Dus duidelijke en open transfers. Ook verdelen de provincies de kosten van de federale regering volgens inwonersaantallen. Echte verantwoordelijkheid over het eigen budget van de provincie is noodzakelijk.

Federaal parlement

Enkel het federaal parlement blijft bestaan maar alleen voor de federale beslissingen. Het federaal parlement wordt niet verkozen maar samengesteld uit de provinciale parlementsleden. Het aantal parlementsleden zal daardoor toenemen maar er zijn geen provincieraadsleden meer en vooral er zijn veel minder verkiezingen en veel minder ministers. De parlementsleden beheren vooreerst de provincie en nemen deel aan het federale wanneer nodig. De thuisbasis van de parlementsleden is het provinciegebouw van de provincie. Om te stemmen (liefst geheim) moet men niet noodzakelijk naar Brussel (er zijn elektronische mogelijkheden).

Senaat

De senaat krijgt een andere functie en samenstelling. De senatoren worden niet verkozen en niet aangeduid door de partijen, maar worden geloot onder alle verkozen gemeenteraadsleden met vertegenwoordigers van elke provincie volgens grootte. Jaarlijks wordt 20 % van de leden vervangen door middel van een nieuwe loting. Op die manier behoudt men ervaring, maar is er wel continue vernieuwing. Aangezien het een loting is wordt er geen rekening gehouden met de partij. Ook de verloning zal anders gebeuren: aangezien ze maximaal één dag per week werken is er slechts een kleine dagvergoeding.

Parlementaire Commissies

Plenaire vergaderingen van het federaal parlement worden uitzonderingen. Uiteraard blijft er één keer per week het vragenuurtje voor de ministers, al zou dat ook kunnen met videoconferencing. Er wordt heel veel belang gehecht aan parlementaire commissies; daar moeten de wetten worden voorbereid, niet door de regering. De goedkeuring blijft voorbehouden voor het parlement.

Regering

Om de steeds terugkomende problemen bij een regeringsvorming te vermijden is het misschien een goed idee dat elke provincie iemand afvaardigt (misschien wel rechtstreeks verkozen) om in de federale regering te zetelen: er zullen dus 9 ministers zijn, één voor elk beleidsdomein. 

De regering is de uitvoerende macht en moet dus enkel zorgen voor het goed beheren van de ministeries. De parlementaire commissies bereiden de wetten voor en het parlement kiest de wetten.

Verkiezingen

Er zijn dus verkiezingen van de gemeenteraad, van de parlementairen per provincie en van het Europees parlement, liefst op drie verschillende tijdstippen. De kiesdistricten zijn gemeente, provincie en land.  De provinciegouverneur en de burgemeester worden indirect verkozen; de persoon met de meeste voorkeurstemmen wordt automatisch provinciegouverneur of burgemeester. De samenstelling van zijn kabinet is haar of zijn verantwoordelijkheid. De lijststem wordt afgeschaft. We kiezen liever voor mensen, die ons hopelijk echt vertegenwoordigen.

Stop de partij politieke spelletjes 

Dit voorstel komt tegemoet aan de roep van de bevolking tot een verandering in het politieke toneel. Er zal vooral dichter bij de burger beslist worden.