De regering moet het land besturen, het parlement de wetten maken.
Coalities zijn een aanfluiting van de democratie, van de scheiding der machten. Zij horen thuis in een particratie met alle macht aan de partijvoorzitters. Tijdens coalitiegesprekken wordt er vastgelegd wat er zal gebeuren de volgende vijf of zes jaar. Reeds hierbij gaat het niet langer over de burger, maar over het verwerven van een machtspositie. Daarna is er geen oppositie meer mogelijk, aangezien de meerderheid beslist. Alleen als er een paar partijgenoten afwezig zijn kan er een probleem ontstaan om een idee door de gemeenteraad of provincieraad te jagen. Het overleg over het programma zal dus met de gemeenteraad of de provincieraad moeten gevoerd worden en niet door de coalitiepartners, die er niet meer zijn.
In een democratie is er een scheiding tussen de machten. Met zijn allen hebben we aanvaard dat de meerderheid (50 + 1) bepaald wat er gebeurt, maar is dat wel een goed idee? Zie maar wat er gebeurt bij een referendum zoals over de Brexit? Ongeveer de helft van de bevolking blijft ontevreden achter. Dit kan toch niet de bedoeling zijn van een goed bestuur. Heeft de oppositie dan nooit een goed idee?
De meerderheidsregeringen zoals we die nu kennen hebben het parlement uitgeschakeld. Wetten worden enkel proforma in het parlement gestemd. Alle parlementsleden van de meerderheid worden verplicht voor een voorstel van de regering te stemmen, partijdiscipline noemen ze dat. Een discussie in het parlement is enkel nog een mediagebeuren, maar wel heel slecht parlementair theater.
De burgermeester en zijn schepenen, de provinciegouverneur en zijn kabinet, de eerste minister met zijn ministers moeten ervoor zorgen dat er uitgevoerd wordt wat er door de gemeenteraad, provincieraad of parlement beslist is. Zij moeten niet beslissen wat er moet gebeuren. Politiek voeren is niet gelijk aan het leiden van een bedrijf, waar de bedrijfsleiding beslist wat er zal gebeuren. In een representatieve democratie moeten de gekozenen luisteren naar hun kiezers en niet naar de partijleiding.