Overstappen naar een slimme mobiliteit

Het is de hoogste tijd om na te denken over slimme mobiliteit. Ik weet het, het is tegen het zere been want “de auto is mijn vrijheid”. Omdat wij hier zo gewoon aan zijn geworden, valt het ons niet meer op hoezeer de auto bezit heeft genomen van de wereld — én van ons. Hoe kan je van burgers verwachten dat ze de auto inruilen voor het openbaar vervoer als met trein, tram en bus reizen eerder zelfkastijding is dan een kwestie van gemak en comfort? Wat we nodig hebben is een radicale mentaliteitsswitch. Een complete koerswijziging, gebaseerd op wat we als gemeenschap écht belangrijk vinden.

“Je voert geen klimaatbeleid als je blijft inzetten op het individuele autobezit. Het is onhoudbaar dat we iets bezitten dat 1,5 ton weegt, dat ruimte vreet, dat we maar 6 procent van de tijd gebruiken, waar dan 1,5 personen in zitten en waar we in België afstanden van minder dan 5 kilometer mee afleggen. De oplossing is beter openbaar vervoer, meer fietsen, meer wandelen en meer gedeelde auto’s. Daar kan je niet om heen. En dus is het niet meer dan logisch om met publieke middelen volop in te zetten op publiek transport. Zodat het alternatief aanlokkelijk is.”

Hans Bruyninckx, directeur van het Europese Milieuagentschap

Onze infrastructuur moet er niet zijn voor de auto, maar voor ons. Onze infrastructuur weerspiegelt ons antwoord als gemeenschap op de vraag hoe we onze dagdagelijkse mobiliteitsuitdagingen het best kunnen aanpakken.

De aanbevelingen van de WHO om de klimaatverandering aan te pakken, omvatten een verbod op de verkoop van benzine- en dieselvoertuigen tegen 2030. Alternatieven, zoals elektrische voertuigen, moeten de luchtkwaliteit verbeteren, de gezondheid van de luchtwegen en hart- en bloedvaten verbeteren en het aantal verkeersslachtoffers verminderen.

“Auto’s verbieden in de stad is een lui idee. Je moet de auto niet bannen, je moet hem aan banden leggen door hem de laagste prioriteit toe te kennen. Het toverwoord is “multimodaal”: wandelen, fietsen, openbaar vervoer en gedeeld autogebruik zo aantrekkelijk maken, dat de auto eerder last dan lust wordt.”

Brent Toderian, Canadese stedenbouwkundige en mobiliteitsdeskundige

Belangrijker dan auto’s verbieden is per wijk straat per straat te herdenken en voorrang te geven aan voetgangers, fietsers, openbaar vervoer en dan pas aan auto’s. In Kopenhagen tellen openbaar vervoer, fietsen en wandelen voor 83 procent van de verplaatsingen.

Salariswagens uitfaseren

Volgens sommigen ligt de salariswagen aan de bron het probleem van de files. Dat begrijp ik niet goed, want werknemers met of zonder salariswagen moeten op het werk geraken. Wel is het zo dat dit een niet eerlijke vorm van vergoeding is, want het is bedoeld als ontduiking van belasting en sociale bijdrage. Daarom moet er dringend iets aan gebeuren.

Wat zouden jullie ervan zeggen om voor alle bedrijfsauto’s de verplichting op te leggen om op beide zijkanten de firmanaam te vermelden in 10 cm hoge letters. Het is tenslotte een firmawagen, dus een beetje reclame kan geen kwaad. Dus ook op de Porsche van de baas? Zou dat niet leuk zijn?

Laat ons geleidelijk aan het fiscaal aftrekbaar zijn van auto’s verminderen: onmiddellijk zou slechts 1 auto per 5 werknemers fiscaal aftrekbaar zijn, drie jaar later 1 op 10, nog drie jaar later 1 op 20 met een maximum van 10 auto’s per bedrijf.
We moeten de aftrek beperken tot een waarde 70000 € aankoop want de burger zou niet moeten betalen voor de Porsche van de patron.

Wandelen en fietsen

We kennen al langer de ‘speelstraten’, ’tuinstraten’ en ‘toekomststraten’. Ze delen allemaal dezelfde verzuchting. Dat straten zoveel meer kunnen zijn dan een goot om zoveel en zo snel als mogelijk verkeer door te jagen. Ze vormen allereerst de ademruimte tussen onze gebouwen, publieke ruimte voor bewoners en bezoekers, geplaveid met ontmoetingen en gekeuvel, maar vooral heel veel “goedemorgen-morgens” en high fives.

Het concept van de schoolstraat
Een mobiel hek sluit dan een halfuurtje aan het begin en het einde van de schooldag de straat af voor inrijdend gemotoriseerd verkeer. De volledige straatbreedte geldt dan als exclusief terrein van voetgangers en fietsers.
Weg met de fietssuggestiestrook? Inderdaad, we schrappen beter parkeerplaatsen voor een echt fietspad.

Openbaar vervoer

Openbaar vervoer is de oplossing voor de toekomst, want het aantal auto’s en het gebruik ervan blijven promoten lijdt onvermijdelijk tot meer files en ongezonde lucht. En de elektrische auto lost slechts een klein stukje van het probleem op.

Van onze politici verwachten we dat ze het openbaar vervoer terug de financiële mogelijkheden geven om de dienstverlening te verbeteren en uit te breiden. Als dit gebeurt is dan kunnen van de burgers vragen dat ze hun auto thuis laten en het openbaar vervoer nemen. Ook meer de fiets nemen zal goed zijn voor de gezondheid van de burger en van de natuur.

De Lijn
De problemen bij De Lijn zijn voor iedereen bekend maar vooral voor de gebruikers, waarvan ik er een ben. Een goed openbaar vervoer kan in bv. Antwerpen veel fileproblemen verminderen.

Om dit beter te organiseren is het misschien een goed idee om De Lijn te decentraliseren in plaats van te centraliseren. Een grote gecentraliseerde organisatie heeft meer performante managers nodig, terwijl een kleinere organisatie het kan doen met gemiddelde managers. In een grote organisatie ontstaat een grotere bureaucratie. Kleinere organisaties beperken de bureaucratie.

Er zijn dertien centrumsteden waarrond het openbaar vervoer moet worden georganiseerd. Wie kan dat beter dan mensen uit de buurt. Elke stadsregio moet een eigen De Lijn intercommunale vormen om het openbaar vervoer in de regio te plannen en te beheren. Het geld voor deze maatschappijen moet verdeeld worden volgens inwonersaantallen.

Er kan een zeer kleine organisatie centraal zijn, die diensten levert aan de 13 maatschappijen. Dit zou kunnen zijn: marketing, communicatie, IT beheer en het meten van de tevredenheid van de gebruikers van de verschillende maatschappijen.

Minder vliegen

Ik weet het, het is als vloeken in de kerk. We hebben toch recht op vakantie en op mini-trips. Ja natuurlijk, maar beter overleggen hoe en hoeveel.
Voor korte afstanden is de trein zeker een alternatief (als de regering die verder wil subsidiëren). Europees moet er een netwerk van snelle treinen.
Voor de lange afstanden is geen alternatief voor het vliegtuig: wel moet er gezocht worden naar een alternatief voor de huidige brandstof (waterstof?).

Om de het evenwicht tussen de trein en het vliegtuig te herstellen moeten we:

  • Een kerosine taks invoeren, evenals de btw op vliegtuigtickets
  • We moeten stoppen met het subsidiëren van lokale luchthavens

Naar kleinere auto’s

Een derde van de uitstoot van wagens is de wagen zelf. De bouw ervan en het onderhoud. Ook al vervangen we onze auto’s door elektrische modellen, de impact van de productie blijft. Voor de natuur geldt: hoe kleiner de wagen, hoe beter. Afhankelijk van de afstanden die je gemiddeld aflegt, is het zelfs beter langer rond te rijden met een minder efficiënte auto, dan om de drie jaar een andere elektrische wagen te kopen.

De terreinwagen is een klimaatkiller. Niet alleen door de uitstoot van de uitlaten, maar ook door zijn overgewicht. Om een verdere uitbreiding te vermijden moet er een hogere taks op het gebruik door terreinwagens komen.