Een nieuwe maatschappij opbouwen

Leslie vindt dat migratie anders moet gebeuren !

##Goed Bestuur vraagt om migratie anders aan te pakken, waarbij rekening gehouden wordt met de huidige inwoners en met de nieuwe. Dit vereist is een nieuwe maatschappij.

“ Hoe homogener (religieus, taalkundig, etnocultureel, etc.) een samenleving, hoe groter het vertrouwen in mekaar. Hoe heterogener, hoe sterker het vertrouwen afneemt. Anders gezegd, hoe meer migratie, hoe meer diversiteit, hoe meer criminaliteit en onderling wantrouwen.”

Prof. dr. Robert Putnam, Amerikaanse politicoloog (Harvard)

Hoe is het nu?

Overtredingen, Rellen, vernielingen, drugsproblemen, hangjongeren, … zorgen voor onrust.
Veel mensen hebben het gevoel dat we overspoeld worden door migranten. Ze herkennen hun eigen omgeving niet meer en worden daardoor bang en wantrouwig. We leven nu in een maatschappij met mensen met verschillende ideeën over een samenleving.

We leven nu in een multiculturele samenleving, een maatschappij waarin verschillende ethnische groepen (soms met hun eigen godsdienst) samenleven of naast elkaar leven. Want zowel migranten als allochtonen hebben een verschillend beeld van dat samenleven. Hoe ver moet men gaan in samenleven? En dan komt de discussie over integratie en over godsdienst (vooral als het over de islam gaat). Is het mogelijk om een echte SAMEN-leving te maken met mensen van verschillende culturen en godsdiensten?

Hoe wordt een samenleving gemaakt?
Mensen zijn sociale wezens. Dat wil zeggen dat we ons in groepsverband organiseren. De identiteit van ieder mens wordt gevormd door zijn drijfveren:

° hoe we onszelf zien en hoe we voor onszelf zorgen, hoe we overleven als individu
° hoe we ons gedragen in het gezin en de familie waartoe we behoren
° hoe we ons gedragen als groepen in de samenleving
° hoe we ons gedragen in onze relatie met andere volkeren
° hoe we zoeken naar zingeving door een godsdienst of door het ontbreken ervan

Mensen zijn op zoek naar een beter, een veiliger, een rechtvaardiger leven. In die zoektocht komen ze regelmatig in conflict met anderen, die over de dingen van het leven een andere opvatting hebben.

In eenvoudige samenlevingen is het de stam die zorgt voor de veiligheid en het overleven van de mensen van de stam. In onze westerse samenlevingen is het veel complexer. de afstand van elk lid tot de primaire behoeft van veiligheid en overleven wordt groter. Als de basisbehoeften voldaan zijn (ook daar is nog wat werk) gaan mensen op zoek naar sociale acceptatie; vriendschap, erbij horen, of het nu bij de familie is of bij vrienden.

Voetbalsupporters kleden zich zodat duidelijk wordt tot welke ploeg ze behoren; door hun kleding en de slogans die ze gebruiken, worden ze een beetje familie van elkaar. Ze behoren tot dezelfde groep en dat maakt sociale acceptatie zoveel gemakkelijker.

Daarom is het zo moeilijk om een multiculturele samenleving te laten slagen. Sociale acceptatie wordt heel moeilijk, als twee groepen (inwoners van een land en migranten) er totaal verschillende wereldbeelden op na houden. Verwachten we van de nieuwe inwoners dat ze ons beeld overnemen? Moeten zij zich aanpassen aan ons, want ze zijn naar hier gekomen voor een “beter leven”, een leven zoals het onze? Doordat deze nieuwe inwoners zich dikwijls vestigen in dezelfde wijk, waar ze een sfeer creëren die een gelijkenis vertoond met hun eigen vroegere wereld, maken ze sociale acceptatie door de oorspronkelijke bewoners moeilijker.

Het is duidelijk dat we hier over een echt probleem kunnen spreken. Het beperkt zich echt niet tot een discussie tussen zogenaamde racisten aan de ene kant (soms ook aangeduid als nationalisten) en verdedigers van gelijke rechten aan de andere kant (ook wel omschreven als progressieven):

Etnoloog Frank Salter, onderzoeker van het Max Planck Instituut, bewees in een studie dat gemeenschappen die gelijker van samenstelling zijn, bereid zijn veel meer en altruïstischer te investeren in elkaar dan etnisch verdeelde gemeenschappen. Volgens Paul Scheffer is het niet zinvol om met een beschuldigende vinger richting migranten, dan wel autochtonen te wijzen. Ook in de ervaringen van autochtonen heeft hij zich verdiept.

“Je zult maar meemaken dat je buurt in tien jaar tijd helemaal qua samenstelling verandert, de sportclub waar je naartoe gaat, dat er een moskee in je buurt verrijst. Mensen hebben met een razendsnelle verandering te maken. Dat roept ook onzekerheden op. Conflicten horen erbij.”

#Goed Bestuur vraagt de volgende verandering

“De zin van het leven zit in de zorg voor de ander. Het gaat niet om neerbuigende barmhartigheid, meer om baatzuchtigheid. Geven maakt ons gelukkig, en zit in de kleinste geste. De troost is dat het zo eenvoudig is.”

Levinas, Frans-joodse filosoof van Litouwse afkomst

Hoe kunnen we gemeenschappelijkheid creëren?

Wat is er allemaal nodig om dit te realiseren? Wat is er nodig om een nieuwe samenleving te organiseren?

  1. Een gemeenschappelijke taal
. Om een gemeenschap te vormen heeft men communicatie nodig. Om die communicatie mogelijk te maken is één gemeenschappelijke taal een noodzaak. Wat niet wil zeggen dat men mensen die andere talen spreken moet stoppen om hun taal te gebruiken in hun gezin en familie. Hoe kunnen we tot gemeenschappelijkheid komen als we niet kunnen communiceren. Onze taal moet dus sterk gepromote worden. Alleen door met elkaar te communiceren kunnen we een nieuwe maatschappij opbouwen. Daarin kunnen elementen zitten van de verschillende culturen in de maatschappij. Alleen door elkaar te leren kennen, kunnen we ook respect voor elkaar hebben. Dan hoeven we niet meer racistisch te zijn en de anderen als de oorzaak van al onze problemen noemen.Het moet onmogelijk worden om Belg te worden zonder onze taal te kennen.

  2. Het vermijden van ghetto-vorming
. Momenteel bereikt het aantal migranten in onze steden en gemeenten reeds de 21,7% van de bevolking. In een aantal grote steden is dit aandeel veel groter. Bovendien creëren zij eigen gemeenschappen in aparte wijken. Een mogelijke oplossing voor het probleem van de ghetto-vorming is de gemeenten het recht geven om inschrijvingen van niet in België geboren mensen in hun gemeente te weigeren, wanneer het aandeel 33 % van de bevolking van de gemeente bereikt (ook per straat of in de sociale woningen). Indien er een hoger percentage in de gemeente woont, wordt samenleven moeilijker en wordt het moeilijk om voor de nodige werk- en woongelegenheid te zorgen. Zo kan er een betere spreiding ontstaan van allochtonen over het grondgebied en concentreren alle problemen zich niet in enkele grotere steden.

  3. Gemeenschappelijke waarden creëren ondanks de verschillende godsdiensten
. Om als burgers vandaag samen toekomst te kunnen maken, moeten nieuwkomers ook een verhaal krijgen over de plek en de gemeenschap waarin ze arriveren. Het land, de stad en de maatschappij moeten morgen wel heruit gevonden worden, maar het zijn lopende projecten, met een heden en verleden.’
Kwame Anthony Appiah, filosoof van Ghanees-Britse afkomst

De universele mensenrechten spreken mensen aan indien ze lokaal vertaald, vormgegeven en toegepast worden. Ze zijn dus wel universeel in hun principes en in de verdragen die errond afgesloten werden, maar ze worden pas reëel en verbindend als ze in lokale, culturele omgevingen prioriteit krijgen. Vrijheid van meningsuiting betekent overal wat anders. We moeten opnieuw streven naar: Vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid. Maar wel door het toepassen van de universele mensenrechten.
We moeten gemeenschappelijke waarden creëren, zo niet zal er een eeuwig probleem zijn tussen autochtonen en allochtonen.

  4. Ook de armoede moeten we bekijken
. Kijken we naar de armoedecijfers in ons land, dan kan men zich toch heel wat vragen stellen bij de Belgische migratiepolitiek. 15,3 % van de Belgische bevolking leeft onder de armoedegrens. Het armoede-risico voor laaggeschoolden is 25,4 %. Ongeveer 38% van de mensen van Turkse afkomst en 54% van de mensen van Marokkaanse afkomst leven in armoede in België en waarschijnlijk leeft de grootste groep hiervan in enkele grote steden.
Door gewend te raken aan armoede en de bijhorende omstandigheden, kunnen mensen zich maatschappelijk ongewenst gaan gedragen en anders naar de samenleving en bijvoorbeeld de waarde van werk gaan kijken.
    
Wat is het beste niveau om met de mensen te praten? Op welk niveau kan men dynamisch en solidair zijn? Waar kunnen ze over meespreken? Waar moeten de problemen opgelost worden tussen burgers?

Wijkcomités

Het logische antwoord op al deze vragen is de wijk. Dat wisten de Parijzenaars al in 1790. Maar in die periode (de Franse Revolutie) werd er grondig nagedacht over een nieuwe samenleving met als doel: vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid.

“Om terrorisme efficiënt en effectief aan te pakken, kunnen beleidsmakers wellicht wat leren van het “strategisch staatsmodel”. Een strategisch staatsmodel houdt rekening met het multi-level karakter van de maatschappij en de burgers die worden “bestuurd”. Dergelijk karakter betekent concreet dat een individuele burger genest is binnen een gemeenschap (bv. een wijk), dat een gemeenschap genest is binnen een stad of gemeente, dat een stad of gemeente genest is binnen een gewestelijke overheid, dat een gewestelijke overheid genest is binnen een federale overheid en dat een federale overheid genest is binnen supranationale overheidsorganen (bv. Europa).”

Bert George en Kenn Meyfroodt – Doctoraatstudenten UGent

Hiervoor hebben we wakkere burgers nodig. Wakkere Burgers (autochtonen & allochtonen) zijn niet verkozen burgers die zich willen inzetten voor hun wijk. Iedere wijk zou een wijkcomité moeten krijgen aangevuld met een aantal verantwoordelijkheden van de gemeente, uiteraard dingen die lokaal beslist kunnen en moeten worden.

Een wijkcomité moet de beschikking krijgen over een ruimte in de lokale lagere school. Mensen uit de wijk weten het beste wat er voor hen nodig is om het samenleven te optimaliseren: zij kennen de infrastructuur, de mobiliteitsproblemen in hun buurt, problemen met integratie en sociale cohesie. Het wijkcomité kan zich ook bezighouden met kinderopvang, huiswerkbegeleiding, studeer- en vergaderplek, wijk of buurtfeest. Dit is zeker een praktische oefening in democratie en participatie. De democratie moet van onder uit opgebouwd worden. Het wijkcomité is een goede leerschool.

Werk maken van een Nieuwe Samenleving

Alleen door de problemen te benoemen en er daarna oplossingen voor te zoeken kan men de problemen oplossen. Vele actoren hebben fouten gemaakt. Verzoenen in plaats van diaboliseren is nu aan de orde. De pers en vooral politici van alle partijen zouden weer in alle richtingen kritischer moeten worden. Hoogste tijd om actie te nemen en niet langer er alleen over lullen heren en dames politici. Laat dit probleem niet langer aanslepen met slechte gevolgen voor iedereen die erbij betrokken is en dat zijn we allemaal. Een zeer grote taak is er weggelegd voor het onderwijs en voor de wijkwerking.

Lokale politie anders organiseren, dichter bij de burger

We maken een nieuwe eenheid; Wijkwachters. Dit gebeurt door het samenvoegen van de lokale politie of wijkagent (met andere bevoegdheden), de stadswachten, de straathoekwerkers, de parkeerwachters, en alle andere functies die op straat in de gemeente werken. Uiteraard moet deze nieuwe eenheid andere verantwoordelijkheden krijgen. Het is niet langer een politiemacht maar een echte ondersteuning van het lokale werk in de verschillende wijken van een gemeente met een beperkte sanctionerende bevoegdheid. De burgemeester is de eindverantwoordelijke en heeft geen macht meer over de federale politie die per kanton georganiseerd wordt. De burgemeester moet hulp krijgen van een dienst en een schepen voor gemeenschapsvorming (= het creëren van een nieuwe samenleving).

Weg met de gasboetes

De gasboetes zijn misschien wel een goede bron van inkomsten voor de gemeente, maar dragen weinig tot niets bij tot een verandering in de houding van mensen. We moeten gasboetes vervangen door gemeenschapsdienst. Voor anti-sociaal gedrag krijgt men strafpunten die verschillend kunnen zijn per soort misgedraging. Wanneer men 32 punten heeft verzameld roept de dienst gemeenschapsvorming u op om 32 uur bijdrage aan de maatschappij te leveren.

Hoe gaat het werken?
De dienst gemeenschapsvorming is verantwoordelijk voor de verdeling van de gemeenschapsdienst en de opvolging ervan.

Gemeenschapsdienst betekent helpen bij:
– woonzorgcentra of hospitaal
– crèches in de gemeente
– gemeenteschool (voor- of nabewaking, helpen bij studie, enz.)
– groendienst en andere diensten van de gemeente
– organisatie van evenementen van de gemeente
– helpen bij het wijkcomité

Deze lijst is niet beperkend en moet verder uitgewerkt worden. Het moeten taken zijn die nuttig zijn voor de samenleving en begrip voor de samenleving bevordert bij de uitvoerder.

Volgende venster op de politiek:

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *